Onze school maakt deel uit van de Vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs (VPCO) te Putten.
VPCO Putten
Vereniging voor Protestants Christelijk Onderwijs in Putten
Bezoekadres:
Boekweitstraat 24
3882 GN Putten
De Pelikaan is een open christelijke basisschool.
De Pelikaan is een open christelijke basisschool. In lijn met de grondslag en het doel van onze vereniging geven wij op De Pelikaan vorm aan eigentijds christelijk onderwijs. Wij vertellen de verhalen uit de Bijbel en geven hier vanuit het hier en nu betekenis aan. Leerlingen op onze school krijgen gedurende hun basisschooltijd een christelijke basis mee. Wij vinden het belangrijk dat leerlingen Gods liefde leren kennen.
In alle groepen worden de verhalen uit de bijbel verteld, bidden we en zingen we christelijke liederen. Er wordt op verschillende manieren aandacht besteed aan de christelijke feesten; een viering in de groep, met groepen samen of in de kerk. Ook hebben we wel eens een thematische wandeling door de wijk. De nadruk ligt op het verhaal uit de bijbel. Daarbij vinden we de sfeer en gezelligheid rondom deze feesten ook erg belangrijk
Eén keer per schooljaar organiseren we in samenspraak met de kerkelijke gemeenten uit Putten een bijbelse themaweek. Deze themaweek wordt elk jaar afgesloten met een dienst in een van de kerken in de gemeente Putten.
Wij zijn een open christelijke basisschool: iedereen die zich bij ons thuis voelt, is welkom. Daarbij is ruimte en variatie mogelijk. Ook ouders die geen of een ander geloof aanhangen, zijn welkom op onze school. Wij vragen wel respect voor onze identiteit. Evenzo hebben wij respect voor de ouders en hun kinderen, voor hun levensovertuiging, hun culturele of maatschappelijke achtergrond en hun geaardheid.
Op De Pelikaan nemen we de kinderen serieus. Er wordt veel met hen gepraat. We willen hen laten zien dat ze belangrijk zijn in deze maatschappij en stimuleren hen daarom in hun zelfstandigheid. Als er iets is nemen we de tijd voor de kinderen. We vinden het belangrijk dat ze zich thuisvoelen.
Kinderen zitten een groot deel van de dag op school. Ouders en school zijn samen bezig met de opvoeding. Wij vinden het daarom prettig een goed contact te hebben met ouders. Goed contact komt van twee kanten. Daarom zijn ouders altijd welkom op school, hun inbreng wordt door ons op prijs gesteld. Samen moeten we het doen. Het gaat immers om uw kind.
Wij willen graag dat de kinderen met plezier naar school gaat en zich veilig voelen.
Missie
Wij willen graag dat de kinderen met plezier naar school gaat en zich veilig voelen. Dat is een voorwaarde om zich zo goed mogelijk te ontwikkelen. Daarnaast is het belangrijk dat bij het verlaten van onze basisschool de kinderen voldoende kennis en vaardigheden hebben eigen gemaakt om een voor hen geschikte vervolgopleiding te kunnen kiezen en met succes kunnen participeren in de maatschappij.
Het lesgeven is de kern van ons werk. De instructie van de leerkracht dóet ertoe! Hierbij zijn pedagogisch en didactisch handelen belangrijke facetten van ons werk. Belangrijke pedagogische punten zijn: oog hebben voor het individu, een open houding, wederzijds respect en een goede relatie waarin het kind zich gekend weet. Dit geldt niet alleen voor onze relatie met kinderen, maar ook voor onze omgang met ouders en met elkaar in het team. Wij hebben hoge verwachtingen van leerlingen en spreken die uit. Ook dit geldt niet alleen voor de leerlingen, maar evenzo voor het team.
Binnen onze school werken wij opbrengstgericht: wij stellen heldere doelen. Zo proberen we uit elk kind te halen wat passend en mogelijk is. We hanteren het leerstofjaarklassensysteem en differentiëren onze aanpak op verschillende niveaus. De extra ondersteuning staat beschreven in de groepsplannen, blokplannen voor rekenen en de dagplanning. Om elk kind goed te kunnen volgen, observeren en meten de leerkrachten vrijwel dagelijks op één of andere manier de voortgang van de ontwikkelingen en leerprestaties. Dit gebeurt door middel van observaties, kindgesprekken, schriftcontrole en methodetoetsen. De school bepaalt daarnaast minimaal twee keer per jaar met methodeonafhankelijke toetsen en observaties de ontwikkeling en de vorderingen. Deze methodeonafhankelijke toetsmomenten zijn vastgelegd op de toetskalender. Wij volgen hierbij grotendeels het Cito Leerlingvolgsysteem: leerling in beeld.
Niet in alle gevallen is het mogelijk dat kinderen aan het eind van hun basisschoolloopbaan de doelen halen. We stellen voor deze kinderen een OPP (ontwikkelingsperspectief) op, zodat we kunnen kijken naar de ontwikkelingsmogelijkheden van het individuele kind. Er zijn ook kinderen die juist verrijking en verdieping nodig hebben. Ook deze kinderen worden uitgedaagd om activiteiten te doen die passen bij hun ontwikkeling. Een geregeld contact tussen ouders en school is daarbij onontbeerlijk. Samen streven wij ernaar dat onze kinderen opgroeien tot sociale mensen die een waardevolle bijdrage kunnen leveren aan onze samenleving.
Ons onderwijs is voortdurend in beweging. Wij houden de effectiviteit en de opbrengsten scherp in de gaten door middel van onze (zelf)evaluatie-instrumenten. De maatschappij ondergaat in hoog tempo grote veranderingen. Als school proberen wij zo adequaat mogelijk op die veranderingen te anticiperen. Dat betekent dat wij steeds vernieuwend bezig zijn en onze aanpak en methodieken afstemmen op dat wat van ons wordt gevraagd. In ons schoolplan worden streefbeelden en ambities geformuleerd. Per schooljaar worden schooldoelen uitgewerkt in een jaarplan dat aan het eind van het jaar wordt geëvalueerd in een jaarverslag. Veel van deze documenten maken wij inzichtelijk op onze website.
Onze school bewaakt systematisch de kwaliteit van haar onderwijs en neemt maatregelen om de kwaliteit te behouden.
Onze school bewaakt systematisch de kwaliteit van haar onderwijs en neemt maatregelen om de kwaliteit te behouden en zonodig te verbeteren. Hierbij wordt de PDCA-cyclus doorlopen (Plan, Do, Check, Act).
Eigenlijk gaat het bij kwaliteitszorg in scholen om vijf eenvoudige vragen:
Kortom, kwaliteitszorg betekent dat scholen de ‘goede dingen nog beter proberen te doen’. Daarvoor is feedback nodig. Bijvoorbeeld: leren onze leerlingen goed, hoe weten we dat en zien anderen dat ook? Om dit te meten maken we gebruik van deze instrumenten van kwaliteitszorg:
Aansluiten bij de onderwijsbehoefte van iedere leerling is een belangrijk uitgangspunt op De Pelikaan.
Binnen VPCO Putten vinden we het belangrijk dat al onze leerlingen met voldoende basis hun weg in de maatschappij kunnen vervolgen. Uitgangspunt is dat de basisvaardigheden ‘op orde’ zijn. De leerkrachten zijn in staat om op een gedifferentieerde manier een effectieve instructie te geven. Leerlingen worden hierbij uitgedaagd om zich verder te ontwikkelen. Dit vraagt van de leerkracht, naast een sterke didactische houding, coachende vaardigheden om de leerling tijdens zijn leerproces verder te begeleiden.
Binnen VPCO Putten werken we volgens de cyclus van ons kwaliteitsbeleid. Een van de onderdelen hiervan zijn de kwaliteitsgesprekken, die twee keer per jaar op de scholen worden gevoerd door de algemeen directeur en de bovenschools ib’er. Voor een uitvoerige beschrijving hiervan verwijzen we naar ons kwaliteitsbeleid.
Aansluiten bij de onderwijsbehoefte van iedere leerling is een belangrijk uitgangspunt op De Pelikaan. De vraag die wij ons daarbij stellen, is: wat heeft deze leerling nodig om te leren? De zorg voor kinderen is een wezenlijk onderdeel van ons onderwijs. Omdat wij doelgericht werken en uitgaan van de mogelijkheden van individuele kinderen stemmen wij het onderwijs af op de behoefte van de kinderen. Door middel van gerichte observaties en toetsen worden de vorderingen van de kinderen op de verschillende leer- en ontwikkelingsgebieden gevolgd.
Ieder kind krijgt de zorg die het nodig heeft. Wanneer er problemen zijn, wordt met extra aandacht naar uw zoon/dochter gekeken. Ook wanneer er leerlingen zijn die aanmerkelijk meer kunnen, bieden we extra zorg. Er wordt door de groepsleerkracht en de intern begeleider besproken wat er gedaan moet worden. Deze speciale hulp kan bestaan uit het afnemen van toetsen, het verder diagnosticeren van het probleem, het maken van observaties, het bespreken van de mogelijkheden met een begeleider vanuit een speciale school voor basisonderwijs of vanuit de samenwerkingsverband ‘Zeeluwe’. Over deze speciale hulp wordt altijd met de ouders overlegd en van alle activiteiten wordt een verslag gemaakt.
Binnen deze speciale zorg kan er door de leerkrachten en intern
begeleider gekozen worden voor:
Tijdens een dergelijk proces kunnen we, afhankelijk van de situatie, verschillende personen/instanties/bronnen inschakelen, zoals interne begeleider (IB), orthotheek, schoolarts, huisarts, Schoolbegeleidingsdienst, GGD, logopedist, CJG, het PET (Puttens expertise team) of het BIB (bovenschools interne begeleiders)
Er zijn verschillende kinderen die problemen hebben bij het leren lezen en spellen. Er is een dyslexie-volgdocument waarin de stappen worden beschreven als er leesproblemen of zelfs dyslexie aan de orde is. Als het vermoeden van dyslexie aanwezig is zal de leerkracht dit Dyslexie Volg Document gebruiken om in samenwerking met de IB te kijken welke stappen er genomen moeten worden.
Een dyslexieverklaring is nodig om voor speciale hulpmiddelen en lees/spellingondersteuning in het onderwijs in aanmerking te komen.
We beginnen zo vroeg mogelijk met hulp en interventies en starten na groep 3 het werken met het protocol op als het vermoeden van lees- en spellingproblemen duidelijker wordt. Als er sprake is van ernstige enkelvoudige dyslexie is er een mogelijkheid tot vergoed onderzoek en behandeling door de zorgverzekeraar.
De school tracht een ononderbroken leerroute voor leerlingen te organiseren. Dit wil zeggen dat leerlingen vanaf hun vierde jaar in acht jaren de leerstof aangeboden krijgen en verwerken. De dagelijkse praktijk wijst uit dat dit, om diverse redenen, voor een aantal kinderen geen haalbare of wenselijke zaak is. In dit geval kan de school, in overleg met de ouders, besluiten van deze ononderbroken leerroute af te wijken. De leerkracht zal van dit gesprek een verslag schrijven, waarin de gegevens van de school en ouders worden opgenomen. Leerlingen kunnen dus doubleren, maar ook een versnelde leerweg is mogelijk. Dit besluit wordt op onze school genomen in overleg met alle betrokkenen.
Als criteria voor doublure gelden:
Als criteria voor een versnelde route gelden:
Het kan voorkomen dat een kind met één vak niet goed mee kan komen. Het is in dat geval mogelijk dat deze leerling met alle andere vakken gewoon met de groep meedoet, maar alleen voor bijvoorbeeld rekenen een eigen programma krijgt aangeboden. Zo kan het kind in eigen tempo doorgaan en dit vak op een bij hem/haar passende manier verwerken. Als een kind structureel voor een onderdeel een eigen programma krijgt, dan schrijven we voor dit kind een ontwikkelingsperspectief (OPP). Wij geven hiermee aan dat het kind naar alle waarschijnlijkheid de einddoelen voor een of meerdere vakgebieden van het basisonderwijs niet zal halen. Het ontwikkelingsperspectief wordt met de ouders besproken en door hen ondertekend. Er wordt elk jaar opnieuw een ‘lange termijnplan’ opgesteld, waarin de doelen voor het betreffende schooljaar worden vastgesteld.
Begaafde leerlingen hebben door hun specifieke leer- en persoonlijkheidseigenschappen onder andere behoefte aan een versneld en verrijkt onderwijsaanbod, aan tijd om eigen onderwerpen te bestuderen en behoefte om tijd door te brengen met leerlingen van een gelijk intellectueel niveau. Naast deze aspecten is het belangrijk dat tijd wordt gemaakt om met deze leerlingen te praten over hun capaciteiten, hun manier van denken en hun zorgen. Het is van belang om de strategie van benaderen en de activiteiten aan te passen en de leerling zelf ook bewust te maken wat het betekent om (hoog)begaafd te zijn.
In het algemeen hanteren wij op de Pelikaan het begrip begaafde kinderen als we het hebben over kinderen die opvallen door hun prestaties en die bepaalde leer- en persoonlijkheidseigenschappen laten zien: kinderen met een goed geheugen die grote leer en denkstappen kunnen maken en een groot probleemoplossend vermogen hebben. De persoonlijkheidseigenschappen die we bij deze kinderen tegenkomen in verschillende combinaties zijn: taalvaardigheid, creatief oplossend vermogen, houdt van uitdagingen, heeft een groot doorzettingsvermogen, heeft behoefte aan een hoge mate van autonomie en beschikt over het vermogen tot zelfreflectie. Daarnaast zijn deze kinderen geestelijk vroegrijp en sociaal competent. Daarnaast beschikken deze kinderen over een analytisch vermogen en zijn in straat nieuwverworven kennis snel toe te passen. Er is ook een groep kinderen dat een talent heeft op een vakgebied. Ze tonen daarbij een bijzondere beheersing van de aangeboden stof en laten zien dat zij zich op dit gebied complexe zaken relatief eenvoudig eigen kunnen maken. Het zijn de kinderen die het plezier in het werkaanbod op dit vakgebied vaak direct laten merken.
Het onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen op onze school richt zich op drie domeinen: leren leren, leren denken en leren leven. Hiermee wordt recht gedaan aan de specifieke leerbehoeften van begaafde leerlingen. Bij het leren leren gaat het om het ontwikkelen van een goede werkhouding, ze leren te werken volgens een plan en ze leren verschillende leerstrategieën in te zetten om informatie te verwerven en op te slaan. Reflecteren op het eigen leergedrag is erg belangrijk bij het proces van leren leren. Bij het leren denken gaat het om het ontwikkelen van en reflecteren op hogere denkvaardigheden: analytisch denken, creatief denken en kritisch denken. Bij het leren (voor het) leven gaat het om het ontwikkelen van kennis, houding, en vaardigheden op het intra persoonlijke en interpersoonlijke gebied. Inzicht in jezelf en goed kunnen omgaan met anderen vormen de basis voor een leven lang leren.
Wij gebruiken een entreeformulier, waarbij wij de informatie die we van de ouders krijgen als zeer belangrijk kwalificeren. Ouders zijn de eersten die een ontwikkelingsvoorsprong kunnen aangeven. Ook de eerder genoemde NSCCT wordt gebruikt om een indicatie af te geven van het IQ. Wij werken op de Pelikaan verder met het Digitaal Handelingsprotocol voor Hoogbegaafden. Dit is een signaleringsinstrument om begaafde leerlingen in zicht te krijgen. Hiervoor nemen we in groep 1 rond de herfst, in groep 3 begin februari en aan het einde van groep 5 de zogenaamde QuickScan af. Dit is een kijklijst die de leerkracht invult en leerlingen met bepaalde leer- en persoonlijkheidseigenschappen opmerkt
Speciale aandacht in alle groepen is er voor de volgende kinderen:
De school heeft een centrale rol in het tegemoetkomen aan de ontwikkelbehoeften van kinderen. Onze school heeft een ondersteuningsprofiel geschreven. U kunt dit profiel op de website van onze school vinden. In dit profiel is te lezen hoe wij de begeleiding aan leerlingen vormgeven en welke mogelijkheden voor extra ondersteuning onze school heeft. Bij het realiseren van de gewenste ondersteuning werkt de school vanuit de uitgangspunten van handelingsgericht werken. Hierbij is de samenwerking en afstemming met ouders en andere deskundigen een belangrijk aandachtspunt.
In de groepen 1 en 2 geven wij elk kind de kans zich in eigen tempo te ontwikkelen, maar we proberen deze ontwikkeling wel te stimuleren door het kind uit te dagen en te prikkelen. Dit doen we onder andere door een rijk aanbod van middelen. Ook het bijhouden van welke activiteiten een kind verricht en hoe het zich ontwikkelt, is belangrijk om het kind voldoende te kunnen stimuleren. Wij bieden de leerlingen een beredeneerd aanbod en vertalen dat naar betekenisvolle activiteiten voor kleuters. Deze manier van werken betekent niets anders dan: ‘wat doe ik wanneer en hoe meet ik dat?’.
In de eerste twee jaren van de basisschool wordt bij kinderen de grondslag gelegd voor de verdere ontwikkeling op school. Daarom is het belangrijk dat die ontwikkeling zo duidelijk en zorgvuldig mogelijk in kaart wordt gebracht. In de groepen 1 en 2 werken wij met het leerlingvolgsysteem van BOSOS.
Het doel van BOSOS is: komen tot een beredeneerd aanbod door gericht observeren en signaleren en opbrengsten goed in kaart brengen die specifiek zijn voor de praktijk. Zo kan de leerkracht het leerstofaanbod aanpassen aan de mogelijkheden van de leerlingen en aan de mogelijkheden van de klas. Op basis van deze zorgvuldige werkwijze kan de leerkracht juiste beslissingen nemen die voor de toekomst van een leerling van essentieel belang zijn. Daarvoor moeten diverse zorgonderdelen worden geïntegreerd. De leerkracht volgt de leerling en weet wanneer hij/zij de leerling in de gaten moet houden of wanneer hij/zij in actie moet komen. De intern begeleider kan de leerkracht daarin volgen en indien nodig adviseren en begeleiden.
Leerlingen moeten in 8 jaar minimaal 7.520 uur les krijgen. Op jaarbasis is dat 940 uur. We zorgen voor een evenwichtige verdeling van de activiteiten.
Wij werken op De Pelikaan met een continurooster.
U kunt onze schooltijden vinden op onze site.
Voor VPCO Putten is het belangrijk dat iedereen zich gehoord en begrepen voelt.
We hopen het natuurlijk niet, maar het kan voorkomen dat u als ouder een probleem heeft aangaande zaken betreffende de school van uw kind(eren). We hopen dat u bereid bent om daarover in gesprek te gaan, om zodoende het probleem of de onduidelijkheid op te lossen. Uitgangspunt is daarbij dat de goede relatie, in belang van ons allen, behouden wordt. Wat doet u als u of uw kind een probleem heeft met de school? Maak een afspraak met het direct
betrokken personeelslid. Leidt het gesprek niet tot resultaat, maak dan een afspraak met de directeur. U kunt ook een beroep doen op onze interne vertrouwenspersonen.
Komt u er ook met de schoolleiding niet uit, dan is het bestuur de laatste mogelijkheid om binnen de school het probleem op te lossen. Maak, als u er met het schoolbestuur ook niet uitkomt, gebruik van de externe vertrouwenspersonen.
Iedereen die zich verkeerd behandeld voelt, ontevreden is over iets, of een probleem ervaart kan daarover een klacht indienen. Voor VPCO Putten is het belangrijk dat iedereen die een klacht indient zich gehoord en begrepen voelt en dat zijn of haar klacht zorgvuldig wordt afgehandeld.
Interne vertrouwenspersoon
Elke school heeft een medewerker die ook de rol van interne vertrouwenspersoon op de school vervult. De interne vertrouwenspersoon kan de klager verwijzen naar de schooldirectie, externe vertrouwenspersoon of het bevoegd gezag. De interne vertrouwenspersoon hoort de klacht aan en verwijst door naar de juiste persoon. De interne vertrouwenspersoon heeft geen onderzoekende of bemiddelde rol.
Onze interne vertrouwensperso(o)n(en) is/zijn:
Geschillencommissies Bijzonder Onderwijs
Van scholen wordt verwacht dat zij een beleid voeren dat gericht is op de veiligheid van leerlingen en dat zij de veiligheidsbeleving van leerlingen jaarlijks monitoren. Tevens dient er binnen de school een coördinator te zijn die het beleid wat betreft het tegengaan van pesten coördineert en die optreedt als aanspreekpunt. Scholen hebben in dit verband een zorgplicht, wat inhoudt dat elke school er voor moet zorgen dat er:
De schoolleiding zorgt er voor dat de beleving van de sociale veiligheid door leerlingen in kaart wordt gebracht en dat -indien nodig- verbetermaatregelen worden genomen. Het bestuur van VPCO Putten blijft eindverantwoordelijk.
De scholen van VPCO Putten voldoen aan de wettelijke verplichting om de monitoringsgegevens betreffende het gemiddelde beeld van de sociale veiligheid binnen de school beschikbaar te stellen aan de Inspectie van het Onderwijs. Deze ziet toe op de naleving van de wettelijke voorschriften.
Onze school monitort de sociale veiligheidsbeleving van leerlingen. We nemen een vragenlijst af via WMK. Eén keer per twee jaar wordt er een peiling onder leerlingen, ouders en leerkrachten uitgezet.
De Pelikaan is een Kanjerschool. En daar zijn wij trots op!
De Kanjertraining wordt erkend door de onderwijsinspectie als gecertificeerde methode om de sociaal-emotionele ontwikkeling te bevorderen. Al onze leerkrachten zijn of worden opgeleid om wekelijks de Kanjerlessen te geven. Onze Kanjercoördinator, Hilde van Panhuis, houdt zicht op de kwaliteit van de lessen, houdt de nieuwste ontwikkelingen bij, dient als vraagbaak en wordt ingezet bij de meer complexe vraagstukken waarbij het bijvoorbeeld om pestgedrag gaat.
De sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen vinden wij enorm belangrijk. Deze ontwikkeling gaat niet vanzelf. Gewenst gedrag zal kinderen aangeleerd moeten worden. Ouders en de school zijn daarin partners.
Tijdens de Kanjerlessen:
Voor de kinderen gelden de volgende basisregels: www.kanjertraining.nl. Zo kunt u hier thuis bij aansluiten.